De keuring van de banden gebeurt in verscheidene stappen.
Afmetingen van de banden
De oorspronkelijke afmetingen (voorgeschreven door de constructeur van het voertuig) worden altijd aanvaard. Deze afmetingen worden hernomen in het Proces-Verbaal van Goedkeuring (PVG), het gelijkvormigheidsattest (COC), het instructieboekje van de constructeur of op de originele sticker van de constructeur.
Voor de lichte bedrijfsvoertuigen wordt een verhoging van maximaal 5 cm ten opzichte van het origineel spoor toegelaten.
Snelheidsindex
De snelheidsindex moet gelijk zijn aan of hoger zijn dan de minimale snelheidsindex, die overeenkomt met de maximale snelheid van het voertuig.
Loadindex (draagvermogen)
Voor elke as moet de som van de op de banden vermelde draagvermogens (omgezet in massa) hoger dan of gelijk zijn aan de maximaal toegelaten massa (MTM) voor die as.
Keuring van de diepte van de groeven
De tekening van de hoofdgroeven van de banden moet ten minste 1,6 mm diep zijn.
Algemene staat en (abnormale) slijtage
Voor de slijtagegraad is een verschil (rechts-links) van max. 3 mm toegestaan per as.
Controle van de symmetrie
Per as wordt een symmetrie vereist wat betreft afmetingen en load- en snelheidsindex voor de gestuurde assen van motorvoertuigen. Een verzoolde (heropgegoten) band naast een gewone band is niet toegelaten op deze assen, ook al zijn load- en snelheidsindex dezelfde.
Op de andere assen moeten de banden dezelfde afmeting per as vertonen, maar load- en snelheidsindex moeten niet dezelfde zijn.
Het voertuig mag niet uitgerust zijn met een band met aanduiding M+S en een normale band (zonder aanduiding M+S) op dezelfde as, behalve in geval van een dubbele montage met symmetrische verdeling (2 banden M+S aan de binnenkant + 2 normale banden aan de buitenkant, en omgekeerd).
Montage van sneeuwbanden
Sneeuwbanden zijn voorzien van de volgende markering op de bandflank
• indien de snelheidsindex van de sneeuwband lager is dan het vereiste minimum maar minimaal Q bedraagt, wordt deze montage het hele jaar aanvaard voor zover binnen het gezichtsveld van de bestuurder een goed leesbaar zelfklevend etiket werd aangebracht met de vermelding van de maximumsnelheid voor de betreffende sneeuwband
• indien de snelheidsindex van de sneeuwband gelijk aan of hoger is dan het vereiste minimum, wordt deze montage steeds aanvaard